De leden van de grenspolitie dragen zwarte petjes, zonnebrillen en zware guns. Ze staan onder afdakjes die bescherming geven tegen zon en regen. Ze laten hun ogen vallen op wat beweegt in de richting van het heiligdom.
De traditie wil dat patriarchen en echtgenotes in de Grot van de Aartsvaders in Hebron begraven liggen. Abraham en Sara, Izak en Rebekka, Jakob en Lea om precies te zijn. Belangrijke personen uit de Joodse geschiedenis dus.
Ibrahim Moskee
Moslims echter geloven dat zij moslims waren. Zij vereren dezelfde plek en spreken van de Ibrahim Moskee. En aangezien de moslims in de afgelopen eeuwen de macht hadden, hadden Joden geen gebedsrechten bij deze graven. Dat veranderde in 1967, toen Hebron weer onder Joodse controle kwam. De Grot van de Aartsvaders, ook wel Machpela genoemd, werd een gebedsplaats voor moslims en Joden. Alle ingrediënten voor explosiegevaar zijn aanwezig.

De Al-Shuhada straat langs de Machpela voert naar de vier Joodse wijkjes en de Joodse begraafplaats. De lichtgele deuren van de Palestijnse winkels aan de straat zijn dicht en Palestijnse auto’s mogen hier niet komen.
Groothandelsmarkt
Een van de verlaten plekken is de Palestijnse groothandelsmarkt. En die plek was deze week in het wereldnieuws. Israëls nieuwe minister van Defensie, Naftali Bennett, heeft namelijk toestemming gegeven daar een nieuwe Joodse wijk aan te leggen. Het gaat om een terrein van slechts een halve hectare, dat grenst aan de bestaande Joodse wijk Avraham Avinu.
Aan het handelsgebouw is een groot spandoek gehangen met een zwart-wit foto van de zionistische leider Ze’ev Jabotinsky. Onder zijn portret staat Noam Arnon, de woordvoerder van de Joodse gemeenschap in Hebron. „Deze markt was tot 1994 open”, zegt hij. „Toen kwam Baruch Goldstein en de markt stopte te functioneren.”
Doodgeslagen
Goldstein opende op 25 februari 1994 het vuur op biddende moslims in de Grot van de Aartsvaders. Hij doodde 29 van hen, verwondde 125 en werd doodgeslagen door overlevenden. De markt is inmiddels verplaatst naar de westelijke zijde van de stad. „Deze is veel efficiënter”, zegt hij.
Hij loopt over de verlaten markt en wijst op een foto van een in het Arabisch opgestelde koopakte. Joden kochten deze plek in 1807 en vestigden zich daar. In 1929 kwam een einde aan het bestaan van de Joodse gemeenschap in Hebron. Toen verloren 67 Joden het leven bij de anti-Joodse rellen. Joden keren nu dus terug naar de plek waar zij al waren. Het kan echter nog lang duren voordat de nieuwe huizen er staan. Eerst komt de planningsfase en dan moet de Joodse gemeenschap aannemers zien te vinden.

Wrijving
De zegsman verwacht niet dat de nieuwbouwplannen zullen leiden tot meer wrijving met de Palestijnen. „Met de terroristen praat ik niet. Degenen met wie ik wel praat zeggen: laat ons samen wonen als Joden en Arabieren. Laat ons rustig naar het ziekenhuis in Jeruzalem kunnen gaan of naar het strand in Tel Aviv.”
De burgemeester aan de Palestijnse kant van de stad spreekt echter van „een zeer gevaarlijke beslissing”. „Dit zal leiden tot meer spanning en agressie tegen het Palestijnse volk.”
>> Bij de burgemeester van Hebron