De Israëlische politicoloog prof. Shlomo Avineri rekent zich tot degenen die „meer sceptisch dan hoopvol” zijn over de vredesbesprekingen tussen Israël en Palestijnen. Er zijn immers genoeg redenen om te verwachten dat het overleg niet binnen een jaar succesvol wordt afgerond, zoals de Amerikaanse president Barack Obama wil.
Sinds 1991 zijn Israël en de Palestijnse Bevrijdingsbeweging PLO met elkaar aan het praten. In de jaren negentig leidde dat tot een aantal voorlopige akkoorden. In 2007 en 2008 werd er tijdens de regering van premier Ehud Olmert en minister van Buitenlandse Zaken Tzipi Livni intensief met de Palestijnen onderhandeld over een slotakkoord dat tevens een vredesverdrag had moeten worden. Daarna lagen de onderhandelingen anderhalf jaar stil. Ze werden twee weken geleden officieel heropend in Washington. Deze week spraken de partijen verder in Sharm al-Sheikh en Jeruzalem.
De kloof blijft diep als het gaat om de kernpunten van het conflict, zegt Avineri. Hij is hoogleraar aan de Hebreeuwse Universiteit van Jeruzalem en doceerde aan verschillende universiteiten buiten Israël. Tijdens de eerste regeringsperiode van Jitschak Rabin was hij directeur-generaal van het ministerie van Buitenlandse Zaken.
Lees de rest hier in het Reformatorisch Dagblad.


Graag steun ik de Professor. Die zich als steeds elegant en voorzichtig uitdrukt. Zoals dat een groot geleerde betaamt.
Echter en tot mijn spijt…De ware situatie is in wezen niet op elegante wijze weer te geven omdat deze eenvoudig hemeltergend is.
Het land IS immers al verdeeld, meteen na de Balfour Deklaratie? De Arabieren (toenmalig waren “Palestinians” altijd Joden, de “Palestijnse Arabieren” werden geschapen door Arafat in 1964) kregen meteen 80% van het Heilige Land waarmee zij in feite niets te maken hebben. Hun Heilige landstreken liggen in en om Mekka. Nu willen zij van de overgebleven 20 procent der Joden weer dat wat zij nu noemen als “hun deel”. Ad infinitum? Tot de totale vernietiging van Israel. Arme Netanjahoe. Mijn hart gaat naar hem uit. Ik hoop dat hij een trouw kloppend hart heeft, dat de G’d van Israel hem moge bijstaan terwijl hij al die Jodenhaat over zich heen moet laten komen, op de bres staande voor Zijn en zijn volk en land.