De profeet Zacharia kondigde de ondergang aan van de trotse stad Ashkelon. Mogelijk sprak de profeet deze woorden omstreeks 490 v.Chr., toen hij een hoge leeftijd had bereikt. Sommige bijbelwetenschappers zeggen dat koning Alexander de Grote het oordeel uitvoerde, toen hij in de vierde eeuw v.Chr. de Filistijnse steden verwoestte.
Maar Ashkelon werd weer opgebouwd, zoals zo vele malen in de geschiedenis. Geen wonder, want de stad lag op een belangrijke handelsroute tussen Egypte en Mesopotamië, de zogeheten Via Maris (de route langs de zee). De 60 waterbronnen en de vruchtbare grond zorgden ervoor dat Ashkelon zich kon ontwikkelen tot een belangrijke landbouwstad.
De overblijfselen van het oude Ashkelon bevinden zich in een fraai aangelegd park aan de zuidzijde van de moderne Israëlische stad Ashkelon. De eerste bewoning vond al plaats in de periode van 8000 tot 4200 v.Chr.. In de jaren 3300 tot 2200 v.Chr. werd de eerste stad van betekenis gebouwd. In 1950 v.Chr. bouwden de Kanaänieten een stad met een lengte van 1100 meter en een breedte van 600 meter, waarin 15.000 mensen woonden.
Stadspoort
De Kanaänieten bouwden omstreeks 1850 v.Chr. een 15 meter lange en 2 meter brede stadspoort. Dit is de oudste poort met gewelven wereldwijd. Ze maakten de muren van opgedroogde blokken modder en bedekten deze met aarde en mest. Ze besmeerden deze met een witte laag stuc. Archeologen hebben het poortgebouw gereconstrueerd en bezoekers kunnen er dus doorheen lopen.

Bij de poort hadden de Kanaänieten een heiligdom geplaatst, met een zilveren kalf van ruim 10 centimeter lang. Het kalf symboliseerde waarschijnlijk de god Ba’al. Tot deze werd waarschijnlijk gebeden voordat zeelieden op reis gingen.
De Filistijnen namen de stad in 1175 in. De Babylonische koning Nebukadnezar veroverde de stad in 604 v.Chr. Ruim een eeuw later begon de Perzische heerschappij. Uit opgravingen blijkt dat ook Feniciërs er zich vestigden. Zij hadden handelssteden aan de oostkust van de Middellandse Zee. Uit deze periode is een begraafplaats is gevonden met skeletten van 700 honden, die blijkbaar werden vereerd omdat hun likken een helende werking zouden hebben.
Koning Herodes de Grote (37-4 v.Chr.) liet baden, fonteinen en binnenplaatsen bouwen. Toen de Joden in opstand kwamen tegen de Romeinen bleven de inwoners Rome trouw. Dat leverde nieuwe privileges op. Er volgden zesde eeuwen van bloei, met dorpen om de stad heen die granen, dadels, druiven en groenten leverden.
Basilica
De Romeinen bouwden in de derde eeuw een basilica van 110 meter lang en 35 meter wijd, met pilaren aan weerszijden. Een halve cirkel is opgegraven die diende als raadskamer. Tijdens een zware aardbeving in de vierde eeuw zakte het gebouw ineen. Verder zijn in Ashkelon overblijfselen gevonden van een kleine kerk die van 400 tot 1191 gebruikt werd.

Een van de mooiste gedeelten van het oude Ashkelon is het strand bij de overblijfselen van een haven. De schepen lieten enkele honderden meters van het strand hun ankers vallen. Goederen werden aan en afgevoerd met kleine boten. Delen van de muur die door de moslims en kruisvaarders werd aangelegd, kunnen nog worden gezien. Ze staken Romeinse pilaren in de muur om die extra stevig te maken.
Buitenlandse toeristen hebben deze stad normaal gesproken niet op hun reisprogramma staan. Maar de liefhebber van geschiedenis en archeologie zal zeker niet teleurgesteld raken in dit park, dat een van de mooiste is in Israël.
Bijbehorende Bijbeltekst:
“Uit Gaza verdwijnt de koning, Ashkelon raakt ontvolkt.” Zacharia 9:5, NBV.
Dit artikel verscheen ook in Israël Aktueel.