Shaya Rodal (51), leraar Engels in Jeruzalem, kijkt terug op het afgelopen jaar
„Een jaar geleden was ik op weg naar de bar mitswa van mijn Nederlandse neef in Amsterdam. Ik had toen nog niet van het coronavirus gehoord. Ik zag enkele mensen een mondmasker dragen en ik vroeg mij af wat er aan de hand was. Op de terugweg sprak iedereen erover. Er waren problemen op de luchthaven. Ik realiseerde me dat er iets ernstigs aan de hand was.
Ik had nooit kunnen denken dat we er een jaar later nog mee zouden zitten. Ik dacht dat het misschien zoiets als SARS zou zijn en dat het binnen een paar weken weer zou verdwijnen. Dit is een grote teleurstelling.
De crisis heeft mij op vele manieren geraakt. Ze heeft mijn sociale leven stopgezet. Ik kan niet uitgaan om vrienden te ontmoeten. Ik ontmoette wel een vriend, maar we zaten 6 meter van elkaar af.
Familie
Mijn hele leven speelt zich af op Zoom. Ik heb mijn familie al een jaar niet meer live gezien. We hebben Zoommeetings met de familie, die ik leuk vind. Maar het is niet zoals elkaar in het echt zien. Tijdens Pesach hadden we de seider met de familie via Zoom. De seider vierden we in Israël. De seideravond was nog niet begonnen voor onze familie in Canada en de VS, maar ze keken toch mee.
Als leraar Engels werd ik gedwongen via Zoom les te geven. Dit jaar geef ik les aan klassen van dertig scholieren van 17 en 18 jaar oud. Ik hoefde mijn appartement niet meer uit. Ik heb veel geleerd over de inzet van de technologie. In zekere zin was het gemakkelijker. Maar het is niet hetzelfde als voor een klas te staan. Ik voel dat ik niet dezelfde band met de leerlingen heb als normaal.
Ik bid dat het leven met Pesach weer normaal zal zijn
Ik ging sinds een aantal jaar naar de synagoge Beit Chabad. Daar namen ze echter niet de noodzakelijke voorzorgsmaatregelen. Mensen droegen geen mondkapjes en hielden te weinig afstand van elkaar. Dus ik ben niet meer regelmatig naar de synagoge gegaan.
Mijn synagogebezoek nam altijd een groot deel van mijn sabbat in beslag. Elke vrijdagavond ging ik erheen om de gebeden te zeggen voor het begin van de sabbat. Daarna ging ik ergens heen om te eten, bijvoorbeeld bij vrienden. En op de sabbatmorgen ging ik opnieuw naar de synagoge voor de gebeden en de wekelijkse Thoralezing. Het coronavirus heeft dit allemaal stopgezet.
De sabbat is er natuurlijk nog. Het is nog altijd een dag van rust, maar het is minder speciaal dan in gewone tijden. Ik heb tijdens corona het grootste deel van de sabbat alleen in mijn appartement doorgebracht. Ik ben ook niet naar de Westelijke Muur geweest. Maandenlang waren daar restricties om te bidden.
Jazz
Ik maak ook muziek. We konden als musici niet meer bij elkaar komen. We maken Israëlische muziek en we improviseren blues of jazz. Op een zeker moment bleek iemand in de band positief getest op het coronavirus. Toen moest ook ik twee weken in isolatie. Daarna wilden we samen muziek maken op Zoom. Maar er is een vertraging van een halve seconde of zo, zodat het onmogelijk was. Ik ga door met het maken van muziek, maar ik speel nu alleen.
Ik moest twee keer veertien dagen in quarantaine. Enkele mensen waren heel behulpzaam. Een vriend zette eten voor de deur. Mijn zus in Toronto betaalde bonnen voor me, waarmee ik eten kon bestellen.
Inmiddels heb ik beide vaccinaties ontvangen. Het vaccineren ging zeer georganiseerd. Ik hoop dat de situatie in de komende maanden zal verbeteren. Maar ik hoop ook dat we niet te onvoorzichtig worden.
Ik geloof niet dat de regering overdreven gereageerd heeft. In vergelijking met andere delen van de wereld hebben we juist gereageerd. De gevaren van het coronavirus zijn zeer reëel. We hebben ons best gedaan de schade te beperken. Ik ben optimistisch. Ik bid dat het leven met Pesach weer normaal zal zijn.”
Dit artikel verscheen ook in het Reformatorisch Dagblad.